1 a. De voorzitster geeft te kennen dat zij het dossier niet gelezen - en dus ook niet voorbereid - heeft: zij vraagt "op zeer voorname wijze" aan de tegenpartij waar het over gaat. In een zeer amicaal gesprek antwoordt de advocaat van de tegenpartij (bedriegers, diefstal van vennootschapsgoederen, valsheid in geschriften d.m.v. vervalste balans- en resultaatrekeningen).
1 b. Toen zij mijn conclusies nam vroeg zij waar mijn stukken waren. Zij wist dus niet dat deze aangehecht waren bij mijn conclusies. Had deze dus absoluut niet gelezen. Dat was ook te merken aan de ontbrekende plooien in het papier bij de perforaties voor de hechtingstroken.2. De voorzitster en raadsheren luisteren zeer aandachtig - zonder één opmerking - naar de leugens van de tegenpartij.
En dan mijn uiteenzetting: (Ik zal hier maar niet "pleidooi" schrijven, kwestie van geen advocaten voor het hoofd te stoten. Deze zijn tenslotte mede verantwoordelijk voor een procedure die al dertien jaar aansleept.)
De voorzitster zit te wachten tot ze mij kan neerknallen met een opmerking en wil mij wellicht - andermaal - het spreken beletten. Maar de eerste dire vier onderdelen vindt zij toch niet direct iets om haar actie te ondernemen tot wanneer...
3. Ik aanhaal dat de Onderzoeksrechter in de strafprocedure vastgesteld heeft dat er, net voor de overname (29 december 1999) 420.000 Bef. van de rekening van de vennootschap is gehaald door de overlaters en dit in eigen zak is gestoken. Mag niet volgens de Vennootschapswetgeving. Is dus DIEFSTAL.
De voorzitster haalt haar banbliksems boven en laat haar toorn over mij uitzwaaien: "als ge nog zaken aanhaalt uit de strafprocedure laat ik u uit de zaal verwijderen..." Nochtans had iedereen mij gezegd dat ik elementen uit dit strafonderzoek naar de burgerlijke procedure kon overbrengen...And justice for all...
(Tijd is om. Vervolg: later) Sorry.
